Het Vlaamse cybersecurity- en connectiviteitsbedrijf Spotit viert vandaag zijn 10-jarig bestaan. In iets meer dan tien jaar is het IT-bedrijf uitgegroeid van een start-up tot een bedrijf met 135 werknemers dat actief is in 80 landen. 
In het afgelopen boekjaar doorbrak het bedrijf zelfs de symbolische grens van €30 miljoen en het is van plan om samen met zusterbedrijf Cyberwolf Amerika te veroveren. 

"We hebben resoluut gekozen voor vrijheid en onafhankelijkheid om onze eigen koers te varen. We willen niet de grootste zijn, gewoon de beste, en op een gezonde manier groeien", zeggen oprichters Frederik Rasschaert en Steven Vynckier.

Het verhaal van het bedrijf is enigszins vergelijkbaar met dat van Microsoft-oprichter Bill Gates en voormalig Apple-baas Steve Jobs, in die zin dat hun ondernemersgeschiedenis begon in een garage. 
"Daar hebben we ons eerste NOC (Network Operations Centre) opgezet en met slechts een paar computers konden we de netwerken van onze eerste klanten beveiligen", herinneren de oprichters zich. 

Toen de financiële middelen eenmaal beschikbaar waren, investeerde het duo vervolgens in hun eerste datacenter in Oostkamp, dat ze nu nog steeds gebruiken.
"We hadden een netwerk van contacten opgebouwd via onze vorige jobs. Maar als nieuwkomers moesten we vanaf nul beginnen. In de eerste vier jaar van ons bestaan zijn we zes keer verhuisd, terwijl we trouw bleven aan onze visie: onze klanten ontzorgen door ze online te beschermen en hun netwerk draaiende te houden. We wilden niet zomaar een hardware- en softwarebedrijf zijn, we wilden de dingen op onze eigen manier doen en een echte dienstverlener zijn voor middelgrote en grote bedrijven," aldus de oprichters van Spotit.

Groei zonder externe investeerders

Spotit heeft al 9 jaar zijn hoofdkwartier in Merelbeke en heeft kantoren in Atlanta, USA, Antwerpen en Herk-de-Stad. 
Het IT-bedrijf stelt momenteel 135 mensen tewerk die de klok rond werken voor 175 klanten in 80 landen. De omzet is jaar na jaar gegroeid en zal in 2023 de kaap van €30 miljoen overschrijden. 
Daarnaast heeft het bedrijf al 5 jaar een eigen academie, waar een op de vijf werknemers afkomstig is uit dit opleidingscentrum dat is opgezet om werknemers voor te bereiden op de wereld van cyberbeveiliging en connectiviteit.
 
Om de groei te ondersteunen en het aanbod van cyberbeveiligingsdiensten uit te breiden, richtte Spotit in 2021 een zusterbedrijf op, Cyberwolf. Cyberwolf richt zich op het beschermen van de privé online omgevingen van hoge Europese ambtenaren, zakelijke leiders, bestuursleden en andere VIP's, evenals hun families. 
De populariteit van de diensten van Cyberwolf onder vermogende particulieren heeft er onlangs toe geleid dat het bedrijf een filiaal heeft geopend in Atlanta. 

In tegenstelling tot de meeste grote IT-bedrijven in de sector heeft Spotit ervoor gekozen een Belgisch bedrijf te blijven met als enige aandeelhouders de twee oprichters, Frederik Rasschaert en Steven Vynckier. Een bewuste keuze.
"We zijn meermaals benaderd door private-equitybedrijven die aan boord wilden komen om te investeren. Maar we kozen resoluut voor vrijheid en onafhankelijkheid om onze eigen koers te varen. We willen niet de grootste zijn, we willen de beste zijn en op een gezonde manier groeien," zeggen Frederik Rasschaert en Steven Vynckier.

In de toekomst zal het bedrijf blijven investeren in zijn eigen opleidingscentrum en op zoek gaan naar nieuw talent. De afgelopen jaren is er hard gewerkt aan het opzetten van een nieuw SOC (Security Operations Centre), waar de online omgevingen van klanten 24/7 worden bewaakt en beschermd. Dit project is nu beschikbaar als open source software of als Microsoft-variant. 

Internationaal zien Rasschaert en Vynckier veel kansen, met name in Scandinavië, Nederland en Duitsland, waar het bedrijf al enkele jaren aanwezig is. 
"Enkele van onze belangrijkste klanten zijn in deze landen gevestigd. Als de vraag daar plotseling toeneemt, of als er een aantrekkelijke overname wordt gedaan door een organisatie die past bij ons DNA, zullen we overwegen om onze vlag daar te planten, zonder de mogelijkheid uit te sluiten om lokaal nieuwe kantoren te openen."